Toch even met de bezem door je hoofd

 

Op dinsdagochtend bel ik aan bij de peuterspeelzaal. Pip heeft er zin in. Ik kijk op mijn horloge: We zijn aan de vroege kant. Meester Raroe (Jeroen voor grote mensen) opent de deur: “Goedemorgen! Zouden jullie in het vervolg wat later kunnen komen? Even na half negen? Anders ben ik nog met andere dingen bezig.” “Ja hoor, geen probleem. Zal ik nog even met haar op het speelpleintje blijven?” “Nee, dat hoeft niet, zegt hij met een strak gezicht, maar voor de volgende keer.” Ik laat kleine Pip achter met een dubieus gevoel. Misschien raar maar ik vraag me toch een beetje af of ze welkom is. Goed. 

Bij mijn fiets krijg ik een appje: Een vriendin vertelt dat er bij haar zoontje in de klas allemaal verkouden kinderen rondlopen en dat de juf een grote mond krijgt van ouders als ze er wat van zegt. Hè wat naar! Waarom reageren mensen zo? Ik fiets naar de supermarkt voor aardappels, sinaasappels en groente. De rest wordt vanavond bezorgd. De pakken Coco Pops zijn in de aanbieding. Vinden onze kinderen heerlijk op zondagochtend. Ik neem er 2. Laat ik ook 2 broden meenemen. En zo gris ik nog een aantal aanbiedingen mee. Zou het nog passen op de fiets? Het is altijd nog gelukt. Maar na het afrekenen sta ik te kijken naar een uitpuilende tas waar echt nog meer in moet. Ik neem de winkelkar wel mee naar de fiets en kan ook wat kwijt op het achterzitje. 

Ik vul de fietsmand en het stoeltje, verplaats een en ander; Parkeer de Coco Pops tijdelijk op de grond maar vol is onverbiddelijk vol. In gedachten zie ik de sinaasappels al achter de fiets aan stuiteren. Ik krijg het er benauwd van. Eerst dat mondkapje af. Een man loopt voorbij: “Iets te veel gekocht!” ziet hij meteen. “Helemaal waar!”, verzucht ik hardgrondig. Buurman zonder buurman gevoel. Ineens is de dag grijs geworden; Heb een naar gevoel gekregen over de peuterspeelzaal en over hufterige mensen in het algemeen. En dan zit ik hier met een boodschappenoverschot. Eerst de winkelkar maar terugbrengen en hopen dat de fiets ondertussen niet omkiept. Gelukt. Hoe verder? 

“Kijk eens! de man komt teruggelopen: Ik heb altijd een plastic tasje in mijn auto liggen en die kun jij nu wel gebruiken.” “Oh, super bedankt!”. Hij steekt zijn duim omhoog. Niet alleen geholpen maar ook mijn wereldbeeld gekanteld. Een knipoog van boven? Er zijn veel aardige mensen op deze wereld. En als iemand je nobel behandelt, is dat een enorme stimulans om zelf ook goed te zijn voor anderen. Het tegendeel is helaas ook waar; Eén nare reactie kan een sneeuwbaleffect hebben en veel mensen (indirect) raken. Misschien adviseert Paulus daarom je aandacht te richten op alles wat edel, zuiver, lieflijk en eervol is. (Fil. 4:8) Niet in de drek blijven hangen. Volgende week meld ik mij in elk geval niet voor 8.35 bij de peuterspeelzaal. (Overigens neem ik mij ook voor de komende tijd niets te kopen dat niet op mijn lijstje staat want dit was confronterend.)

Reacties

  1. Mooi verhaal! Grappig hoe kleine gebaren zo'n verschil kunnen maken in het leven. Vaak ben je er je zelf niet eens van bewust hoeveel goed je kunt doen met een klein gebaar als iemand net een slechte dag heeft.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dankje! Ja, ik verbaas mij ook vaak over het grote in het kleine.

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten