Als je water ziet branden


Het is zaterdagmiddag. Mae is naar een kinderfeestje en we zitten met zijn vieren aan de eettafel. We hebben het erover dat Jo al halverwege groep 4 is. Toen ik in groep 4 zat, hadden we meester Van Dijk, een nieuwe meester. Meester Van Dijk vroeg ons eens om te vertellen in wat voor huis we woonden. Ik had geen idee wat hij daarmee bedoelde.

De meester zag mijn verwarring en stelde een paar aanvullende vragen: "Woon je in een rijtjeshuis?" Nee, dat woonde ik niet. Uiteindelijk kwam hij tot de conclusie dat ik dan wel in een bungalow zou wonen. Een bungalow. Daar had ik nog nooit van gehoord. Als kind hoor je soms woorden waarvan je echt geen flauw idee hebt wat ermee bedoeld wordt. Maar het is net als bij je belastingaangifte; als je van een term nog nooit gehoord hebt is het waarschijnlijk niet voor jou. Een paar maanden later kwam meester bij ons op bezoek en merkte terecht op dat ik niet in een bungalow woonde. (Dat had mijn moeder ook al gezegd toen ik thuis kwam om te vragen of wij wellicht in een bungalow woonden.) Ons huis was van 1905 en gebouwd in eclectische stijl. Nooit van gehoord? Dan hoef je er waarschijnlijk niets mee. Ik vind het een geruststellend uitgangspunt.

Die verwarring als iemand iets tegen je zegt en je weet dat er een reactie verwacht wordt maar je hebt echt geen idee in welke richting je moet zoeken. “Heb jij dat wel eens gehad Jo?” Nee, dat heeft hij nog nooit gehad. “Nou, misschien gebeurt het nog wel eens”. “Ik had het gisteren nog!” lacht zijn vader: Mama gebruikte het woord ‘geoutilleerd’. Nooit van gehoord. Komt zeker uit Groningen!" (Tsss…) Ja, ik melk het maar even uit. Het gebeurt niet zo vaak dat ik iets weet, dat mijn echtgenoot niet weet. De volgende dag stond het woord natuurlijk in de krant en dat heb ik hem maar subtiel doorgestuurd.  Hij had het al gezien en eigenlijk gehoopt dat ik erover heen zou lezen.

Reacties