Met
kinderen naar het strand gaan is iets voor de gevorderde badgast of voor mensen met
de ambitie dat te worden. Soms vergeet je dat en bedenk je ineens dat
het ontzettend leuk zou zijn om vanavond te picknicken op het strand. Als die
avond laat je buren nog in de tuin staan om hun hulp aan te bieden, ben je er misschien nog niet helemaal.
Het begon
met zo’n leuk idee. Handzaam eten klaarmaken, drinkflesjes vullen. Borden, bestek, koeltas, strandspullen
verzamelen. Emmertje en schepje ook wel handig. Voor een vakantie kan ik vrij
basic inpakken (gevolg van backpackvakanties) maar voor een stranduitje sjouwen
we ons om een of andere reden altijd een breuk. Uiteindelijk iedereen in de
auto. We hebben er zin in.
Vijf
minuten voor de eindbestemming klinkt er een verdacht geluid. Gealarmeerd
kijk ik naar achteren. Bibi hoest en begint te huilen. Nu gaat het komen; geen
houden meer aan. Sam zoekt een parkeerplek terwijl de rest toekijkt hoe Bibi
golf na golf naar buiten spuugt. Daar sta je dan langs de kant van de weg. Waar
te beginnen? Eerst de stoel maar leegkiepen. Al die zooi mee maar Bibi’s verschoningstasje
staat natuurlijk nog thuis. ‘Maar ik zie het strand al!’, roept Jo op een toon
die aangeeft dat we nu toch niet meer terug kunnen gaan. Afspoelen in zee dan
maar. Viezig meisje op de arm, picknicktas op de rug. Spullen verdelen en gaan.
Maar
dan bèn je er ook. Er is gewoon niets te vergelijken met het gevoel van fris zeewater
om je voeten aan het einde van een warme dag. Waarom doen
we dit niet vaker? Ik vergeet even de gistende autostoel. Maar dan verliezen we de huissleutel in het zand. Thuisgekomen is het wachten op een
slotenmaker die belooft er binnen een half uur te zijn maar na een uur nog
niet present is. De kinderen lopen in zwemkleding door de tuin. Ik heb geen luier meer voor
Bibi dus die drentelt als een klein Romeintje rond in haar badcape.
Gelukkig
staat het badje nog in de tuin en is de temperatuur meer dan aangenaam. Bibi is op den duur echter gewoon moe. Ik probeer de stemming op te
vrolijken door er een avontuur van te maken. Jo reageert met: ‘Nou, het is
anders geen fijn avontuur!’ Buren bieden ons aan
binnen te komen. Heel aardig maar ik zit eigenlijk relaxter
in de tuin. De slotenwizz laat ons kort na negenen weer binnen. De voordeur
geopend voor riant bedrag. Maar het strand was het bijna waard. Misschien morgen nog eens gaan; Om het
beter te doen; een beetje routine op te bouwen. Sam past ervoor.
Prachtig! Heel herkenbaar 😊
BeantwoordenVerwijderen